Naar de Spelen met: Cathelijn Peeters

Cathelijn Peeters bewijst niet alleen dat ze een verborgen supertalent is, maar ook dat consistent hard trainen loont.

© Women's Health

Naar de Spelen met Cathelijn Peeters

Cathelijn Peeters (6 november 1996), atletiek, 400 meter horden en 400 meter, begonnen toen ze zes jaar oud was, is zich op haar 24ste gaan specialiseren op de 400 meter horden, traint 18 uur per week.

Bijna is het zo ver: de Olympische Spelen in Parijs. In juli en augustus 2024 komen er vanuit de hele wereld meer dan tienduizend sporters naar het grootste sportevenement ter wereld. Achter elke deelname – inclusief overwinningen, (vreugde)trainen en medailles – schuilt een persoonlijk verhaal. Women’s Health volgt daarom tien vrouwen tijdens hun reis naar de Spelen.

Naar de Spelen met: Cathelijn Peeters

Cathelijn Peeters doet haar hele leven aan atletiek, maar altijd voor de lol. Anderhalf jaar geleden kwam ze erachter dat ze meer in haar mars had. Ze ging geleidelijk vaker trainen en ontwikkelde zich spectaculair. Afgelopen zomer werd ze in Boedapest wereldkampioen op de 4x400 meter estafette, haalde ze de halve finale op de 400 meter horden én kwalificeerde zich voor haar eerste Olympische Spelen. Daarmee bewijst de 27-jarige atlete niet alleen dat ze een verborgen supertalent is, maar ook dat consistent hard trainen loont. Iets waar wij veel van kunnen leren! Women's Health sprak Cathelijn over haar reis naar de Spelen.

Van een werkend leven naar een fulltime prof

Het leven van Cathelijn is in een rap tempo drastisch veranderd. In 2022 had ze nog een baan van 32 uur per week en daarnaast trainde ze zes keer per week bij atletiekvereniging Prins Hendrik in Vught. Na haar studie kreeg ze meer vrije tijd en uit liefde voor de sport en nieuwsgierigheid of ze nog sneller kon worden, begon ze steeds meer te trainen. Tot haar verbazing ging ze als een speer vooruit. Ze werd zelfs zo goed dat ze moest stoppen met werken en fulltime aan de slag ging als prof. Haar prestaties spreken boekdelen.

Voor het eerst naar de Olympische Spelen

Alhoewel Cathelijn zich volmondig een topatleet mag noemen, kan ze zich nog niet helemaal beseffen dat ze naar de Olympische Spelen gaat. Het is nooit echt haar doel geweest. Sterker nog: ze had er nooit van durven dromen. ‘Ik hou heel erg van sporten en keek altijd naar de Spelen, maar ik had nooit verwacht dat ik er zelf zou staan’, zegt Cathelijn.

Cathelijn haar onderdelen

In Parijs mag ze straks gegarandeerd meedoen op de 400 meter horden en hopelijk ook – met een beetje geluk – de 4x400 meter estafette. Op het laatste onderdeel is er geen garantie dat je in het team komt, maar daar maakt ze zich geen zorgen over. ‘Ik denk dat het scheelt dat mijn hoofdonderdeel de 400 meter horden is en niet de 400 meter estafette. Op die manier heb ik altijd nog mijn eigen onderdeel om op te focussen.’

Voorbereiding op de Olympische Spelen

Het is niet niks om jezelf voor te bereiden op de Olympische Spelen. Je moet tenslotte hard – lees héél hard – trainen. Cathelijn traint dan ook negen keer per week om zo fit en snel mogelijk naar Parijs te gaan. 'Tot nu toe gaan de voorbereidingen goed en focus ik me vooral op mijn snelheid.' Naast haar trainingen is ze nog niet bezig met de Olympische Spelen. 'Ik sta er een beetje nuchter in, maar ik had nooit gedacht dat dit ging gebeuren en nu gebeurt het ineens. Ik laat het daarom over me heen komen en we zien wel.'

Mentale uitdaging

Tijdens Cathelijn haar debuut op de WK in Eugene ging er iets gigantisch mis: tijdens de wissel tussen haar en Lieke Klaver viel het stokje en ze werden gediskwalificeerd. Dat ging de atlete niet in de koude kleren zitten. 'Op dat moment denk je echt dat de wereld vergaat. Het was mijn allereerste toernooi waarvoor je een kans krijgt en dan gaat het zo gigantisch mis', zegt Cathelijn. Toch lukt het haar dit voorval niet mee te nemen naar de wedstrijden daarna of nu naar de Olympische Spelen.

Cathelijn: 'Bij de eerste race na de WK zat het nog in mijn achterhoofd, maar uiteindelijk helpt het niet om in doemscenario's te denken. Ik praat erover met mijn omgeving en met de tijd wordt ook alles beter. Bovendien hebben we inmiddels genoeg estafettes gelopen waar het wél goed ging.'

Omgaan met zenuwen

Alhoewel de toploper enorm nuchter is, blijft ze voor elke wedstrijd zenuwachtig. 'Dit is niet altijd fijn, maar ik probeer het zoveel mogelijk te omarmen. Ik loop namelijk beter bij wedstrijden waar ik echt zenuwachtig ben', zegt Cathelijn. De Olympische Spelen zijn uiteraard zenuwslopend, maar de atlete heeft er vooral heel veel zin in. 'Zo'n grote wedstrijd is spannender, maar het is ook mega gaaf dat je mee mag doen. Ik heb er vooral heel veel zin in!'

De beste race van haar leven

De atlete hoopt om tijdens de Olympische Spelen de beste race van haar leven te lopen - en wil daarmee de halve finale van de 400 meter horden te bereiken. 'De finale wordt moeilijker, maar ik mag altijd dromen, toch?', zegt Cathelijn glimlachend. De lat ligt nog hoger voor de 4x400 meter estafette; daarmee hoopt ze sowieso de finale te halen. 'Een medaille zou heel mooi zijn, maar om dat als doel te stellen, vind ik héél eng.'

Genieten

De Spelen is voor haar geslaagd wanneer ze met een goed gevoel weggaat. 'Ik hoop dat het een positieve ervaring wordt en dat is het makkelijkste als ik goed loop.' Daarnaast wil je ook vooral kunnen genieten van deze bijzondere ervaring. Je moet bezig zijn met lopen, maar ik hoop ook dat ik de tijd en energie heb om de ambiance van de Olympische Spelen in me op te nemen.' Team Women's Health wenst Cathelijn veel succes!

Volg je Women's Health al op Facebook, Instagram en TikTok?