Is biologisch eten gezonder dan niet-biologisch eten?
En is het überhaupt wel goed voor het milieu?
© Getty Images - d3sign
Misschien is er wel geen enkel probleem zó gecompliceerd als het redden van Moeder Aarde. Het duizelt je soms als je denkt aan ingewikkelde begrippen als CO2-uitstoot, opwarming van de aarde, smeltende poolkappen, uitstervende dieren, plasticsoep...
Natuurlijk wil je zelf aan de slag. Afval scheiden, minder vlees, minder vliegen, altijd kiezen voor de fiets, vintage kleding kopen. Je doet wat je kunt. Maar je twijfelt nog aan één stap: biologisch eten. Hoe goed is dat nou echt?
Minder bestrijdingsmiddelen
Laten we eerst kijken naar plantaardige producten, zoals groenten, granen, peulvruchten en noten. Daarbij scoort biologisch, ook wel organic genoemd, altijd beter omdat er geen synthetische bestrijdingsmiddelen en kunstmest worden gebruikt – en die vind je dus ook niet terug in de producten.
Aan de andere kant scoren deze biologische producten juist weer slechter als het gaat om landgebruik. Een akker met biologisch graan geeft minder opbrengst dan een akker met ‘gewoon’ graan. Er is meer grond nodig om hetzelfde te produceren. Dat kan ten koste gaan van natuur én het maakt de producten duurder. (We zeiden al dat het redden van Moeder Aarde gecompliceerd is.)
Wat wel weer gunstig is, is dat de biologische teelt vriendelijker is voor de bodem. In de biologische landbouw doen boeren veel aan wisselteelt: het ene jaar tarwe en het andere jaar op datzelfde stuk grond uien bijvoorbeeld. Daardoor raakt de bodem minder uitgeput.
Dierlijke producten
Hoe zit het met biologische dierlijke producten, zoals vlees, zuivel en eieren? Het goede nieuws: vaak zijn dieren in de biologische teelt gezonder en mogen ze meer hun natuurlijke gedrag vertonen. De dieren krijgen bovendien meer ruimte, leven langer en mogen ook langzamer groeien. Geen plofkippen!
Het nadeel is weer, net zoals bij de landbouw, dat de biologische veeteelt meer land en stalruimte kost. Koeien in de wei is een stuk minder ‘efficiënt’ dan koeien in een megastal, en kippen in een legbatterij nemen veel minder ruimte in dan scharrelkippen. Die stallen moeten ook verwarmd worden. Ook produceren biologisch gehouden dieren meer mest en broeikasgassen, omdat ze langer leven.
Op sommige milieu- aspecten scoort biologisch dus slechter dan de gangbare veeteelt. Misschien wel de beste conclusie is: eet minder dierlijke producten, maar kies dierlijke producten dan liefst wel biologisch.
Is biologisch eten gezonder?
Biologisch is dus vaak beter voor het milieu en sowieso beter voor dieren. Nu de (biologische) hamvraag: is het ook gezonder voor jou?
Een paar jaar geleden zijn de resultaten van ruim 300 wetenschappelijke studies op een rij gezet. Er werd puur voedings- kundig gekeken: naar het verschil in samenstelling tussen biologische en niet-biologische producten. Die verschillen zijn er.
Zo bevatten biologische producten meer antioxidanten. Dat zijn de stoffen die je lichaamscellen beschermen tegen veroudering en beschadiging. Organic producten bevatten bijvoorbeeld wel tot 69 procent meer flavonoïden en 17 procent meer carotenoïden.
Biologische producten bevatten ook minder nitraat, minder resten van bestrijdingsmiddelen en minder van het zware metaal cadmium. Dierlijke biologische producten, zoals melk, bevatten meer van de gezonde omega 3-vetzuren, maar juist weer minder jodium en selenium.
Stap jij over?
Er zijn dus genoeg redenen om vaker voor biologisch te gaan, al is het niet altijd zaligmakend. Wil jij vaker biologisch eten of meer over dit onderwerp weten? In de nieuwste Women's Health staat nog veel meer informatie.