Ingrid heeft trichotillomanie: 'Ik trek mijn hoofdharen en soms ook mijn wimpers uit'

Een aandoening waar je niet vaak van hoort.

Een los velletje wegpeuteren of een korstje openkrabbelen- niet bepaald fris, maar ook niet heel ongebruikelijk. Maar je eigen haren uittrekken? Mensen met trichotillomanie doen dit dwangmatig, tot ze geen wimperhaar meer over hebben.

Wat?

‘Trichotillomanie is een aandoening waarbij mensen de drang voelen om hun eigen haren uit te trekken en dat ook doen’, vertelt Ursula Hendriks, GZ-psycholoog en cognitief gedragstherapeut bij Psychocare. ‘Ongeveer 80 procent van de mensen met deze aandoening trekt zijn hoofdhaar uit, maar soms ook wimpers en wenkbrauwen. De drang begint veelal onbewust. Er is niet specifiek bekend waardoor de dwang wordt veroorzaakt, want er is nog weinig onderzoek naar gedaan. Het valt mij vooral op dat de drang van patiënten vaak begint na periodes van stress. Een huidige hypothese is dat het wordt veroorzaakt door gewoontegedrag dat uit de hand loopt. Hier is de bestaande gedragstherapeutische behandeling dan ook op gebaseerd.'

Feit: 70 tot 93 % van de patiënten met trichotillomanie is vrouw. Bij 40 tot 50% van de gevallen trekt de patiënt op meerdere plekken haar uit het lichaam.

Hoe?

Ingrid kampt al sinds haar twaalfde met deze dwang. ‘Mijn aandoening is iets wat ik tot op heden zelf niet begrijp: waarom doe ik dit? Ik trek sinds jongs af aan mijn hoofdharen en soms ook mijn wimpers uit. Op dat moment raak ik in een soort trance en ben ik alleen gefocust op dat ene gebied waar ik alle haren haartje voor haartje uit moet trekken. Soms doe ik het omdat ik gestrest ben, maar ik kan het ook onbewust doen als ik relaxed voor de televisie of achter de computer zit. Vroeger had ik heel dik haar en liet ik het uitdunnen bij de kapper, maar naarmate mijn dwang erger werd, kreeg ik steeds meer kale plekken op mijn hoofd. Ik heb mijn haar jaren in een staart gedragen om die plekken te verdoezelen. Ik kreeg daar altijd vragen over, maar daar verzon ik snel creatieve antwoorden op. Toen ik het niet meer kon verbergen met mijn eigen haar, ben ik een haarwerk gaan dragen.’ Ingrid heeft altijd gedacht dat zij de enige was die hier last van had, tot ze op een dag een naam voor haar dwang ontdekte: trichotillomanie. ‘Dat gaf me hoop. Ik dacht: als er een naam voor is, dan zal er wellicht ook een oplossing voor bestaan. Zo kwam ik bij een psychiater terecht, maar die viel na drie maanden uit. Ook zijn opvolger kon me niet helpen. Hij begreep me niet goed en gaf me antidepressiva. Daar werd ik heel suf van en bovendien ging het dwanggevoel niet weg.’ Nu gaat het gelukkig beter met Ingrid – in de loop der jaren is haar dwang veel minder geworden. Ingrid: ‘Ik trek nu hoogstens één haar per dag uit en draag ook geen haarwerk meer. Mijn handen gaan nog wel naar mijn hoofd, maar ik trek niet meer aan mijn haar. Dat is een hele opluchting. Het zal nooit helemaal weggaan, maar het beheerst mijn leven niet langer.'

En nu?

Volgens psycholoog Hendriks heeft 65 procent van de mensen met trichotillomanie op korte termijn baat bij de gedragstherapeutische behandeling. Die behandeling is praktisch van aard, legt Hendriks uit. ‘Het belangrijkste onderdeel is de zelfcontrole procedure. Hierbij gaat de patiënt aan de slag met het registreren van het uittrekken van de haren. Je gaat turven hoe vaak en hoe lang je het doet en hoeveel haren je uittrekt. Bewustwording is de eerste stap, en in een aantal gevallen neemt de dwang dan al af.’ Omdat je direct moet registreren wanneer je je haar uittrekt, zorgt de behandeling voor een onderbreking van het dwangmatige gedrag. Hendriks: ‘Ook maken we praktische afspraken die het moeilijker maken om het gedrag voort te zetten, zoals het dragen van rinkelende armbanden. Deze “obstakels” vergroten het bewustzijn. Hiermee proberen we het haartrekken elke week af te bouwen.’ Maar wat als dit niet helpt? Wellicht is hypnotherapie dan een optie, een behandeling waarbij je aan de slag gaat met je onderbewustzijn. Hypnotherapeute Marly Mertens legt uit: ‘Het doel van de therapie is om het onderbewustzijn, de plek waar je emoties en gewoontes verankerd zitten, te resetten. Zo wordt negatieve dwang omgezet in iets positiefs. Soms gaan we onder hypnose terug in de tijd om te kijken hoe de dwang is ontstaan. Het kan zijn dat dit te maken heeft met een negatieve of traumatische ervaring. Het uittrekken van de haren werkt dan als stress-release.’ Door middel van hypnotherapie probeert Mertens te voorkomen dat patiënten hun hand naar hun hoofd brengen om aan hun haren te trekken, en ze zo van hun dwang af te helpen.

Volg je Women's Health al op Facebook en Instagram?