Lipoedeem: dit moet jij weten over ongelijkmatige vetverdeling
Niet ieder pondje gaat door het mondje...
© Getty Images

We hebben allemaal wel eens last van ongewilde vetrolletjes, zo niet, lucky you! Vaak zijn die vetjes wel te verklaren doordat je te weinig beweegt of te veel eet. Maar stel je voor dat je genoeg beweegt, niet te veel eet, maar toch last hebt van toenemend vet. Ongeveer 11% van de vrouwen op de wereld heeft last van lipoedeem. Belangrijk dus om te weten wat het precies is, wat de kenmerken zijn en hoe je ervanaf komt. Deze tien dingen moet jij weten over lipoedeem. Let’s go!
- Lipoedeem is een aandoening waarbij je chronisch last hebt van plaatselijk en pijnlijk vetweefsel.
- De vetophopingen bevinden zich vaak op de armen, binnenkanten van de knieën, dijbenen, bovenbenen of heupen. Vaak hebben mensen met lipoedeem wel dunne voeten, handen en een dun bovenlichaam.
- Er is nog weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar lipoedeem, waardoor de oorzaak en behandeling niet altijd duidelijk is.
- Lipoedeem komt vrijwel alleen bij vrouwen voor. Waardoor dit precies komt is onduidelijk, maar naar verwachting heeft dit te maken met hormonen.
- Lipoedeem is, in tegenstelling tot lymfoedeem, altijd symmetrisch. De vetophopingen bevinden zich dus altijd aan beide kanten van het lichaam.
- De aandoening gaat vaak hand in hand met cellulitis en blauwe plekken.
- Lipoedeem ontwikkelt zich vaak in periodes met veel hormoonschommelingen, zoals tijdens of na de pubertijd, tijdens de zwangerschap of in de overgang.
- Extreme kou of warmte kunnen de klachten van lipoedeem verergeren.
- Er is geen behandeling die definitief afrekent met lipoedeem, maar de klachten kunnen wel verminderen. Dit kun je doen door niet aan te komen, door veel te bewegen, door steunkousen te dragen of door liposuctie te ondergaan.
- Lipoedeem-patiënten krijgen vaak psychische hulp bij het omgaan met hun aandoening.
Denk jij last te hebben van lipoedeem? Het kan helpen om in een vroeg stadium aan de bel te trekken. Neem bij twijfel contact op met je huisarts.