Dit is de reden waarom Nederlanders zo goed zijn in schaatsen
Waar hebben we dit succes aan te danken?
© Getty Images - Ryan Pierse
De Olympische Winterspelen, het EK en WK, elke keer regent het weer medailles bij de Nederlandse schaatsers (en teams van Nederlandse trainers). Wat is dat toch met Nederlanders en schaatsen? Het is niet dat we elke dag op schaatsen naar ons werk gaan ofzo... Waar hebben we dit succes dan wel aan te danken? Zit het talent voor schaatsen in onze genen of heeft het ergens anders mee te maken?
Schaatshistorie
Carl Mureau, persvoorlichter van de KNSB, denkt dat wij zo goed zijn in schaatsen om een aantal redenen: 'Schaatsen is een sport is die wij als Nederlanders met de paplepel ingegoten krijgen. Daarnaast kennen we in Nederland heel veel schaatsverenigingen waar inmiddels ongeveer 35.0000 leden ingeschreven staan.' Er is dus een hele grote groep mensen die de sport serieus beoefent, serieus traint en aan wedstrijden deelneemt. Allround schaatser Jorien Voorhuis, tegenwoordig werkzaam bij Odlo, die meedeed aan de Olympische Winterspelen in Vancouver, kan dit beamen. 'We hebben een schaatshistorie, het zit in onze cultuur. Kinderen krijgen op jonge leeftijd al schaatsen onder gebonden.' Ze licht toe dat er meer mensen schaatsen, omdat we ermee opgroeien, waardoor ons niveau uiteindelijk ook hoger ligt.
Concurrentie
Dat er zoveel mensen goed kunnen schaatsen, leidt automatisch tot meer concurrentie: 'Wij maken elkaar beter, hoe meer mensen op een hoger niveau schaatsen, hoe meer concurrentie,' zegt Voorhuis. 'Al helemaal bij de commerciële teams zie je dat er veel concurrentie is onderling,' weet Mureau te vertellen. 'Als je daar een plekje weet te bemachtigen, behoor je automatisch tot de wereldtop.'
Kansen en mogelijkheden
Een andere, mogelijke reden voor het grote succes van Nederlandse schaatsers is dat we zoveel kunstijsbanen hebben. 'Met 18 (semi-)overdekte kunstijsbanen die een 400 meter baan hebben en een stuk of 6 ijsbanen waar je een kleiner rondje kunt rijden, is er geen land in de wereld met zo'n hoge dichtheid aan kunstijsbanen als Nederland,' zegt Mureau. 'Daardoor is de drempel om de sport te gaan beoefenen laag en wordt het makkelijker om talent te ontdekken en ontwikkelen.'
Merkenteams
Nederland won in 1968 voor het eerst goud, tijdens de tiende Winterspelen, maar de laatste jaren zijn we helemáál niet meer te stoppen. En een mogelijke reden daarvan is de komst van merkenteams. 'Schaatsers kunnen zich door sponsoren volledig op hun sport focussen. Ze hoeven daarnaast niet te werken en kunnen ook genoeg rust pakken om elke training weer alles te geven,' zegt Mureau. 'Dat is zeker een reden waarom ze zo goed zijn geworden.'